‘Friese handel’ – de rol der Friezen in de vroegmiddeleeuwse handel

Vroegmiddeleeuwse handel is niet te bespreken zonder de Friezen: de vroegmiddeleeuwse Friezen hadden zo’n groot aandeel in de handel dat het woord ‘Frisiones’ in een oorkonde uit 829 - over de bouw van de kathedraal in Worms - gelijk stond met de betekenis voor ‘lange-afstandshandelaar’! De zogenaamde ‘Friese handel’ – dat in dit bericht besproken gaat worden – kent zijn aanloop en oorsprong in de Noordzeecultuur van de zevende en begin achtste eeuw. Dit bericht zal zich echter enkel richten op het hoogtepunt van deze handel in de negende eeuw. De Noordzeecultuur zal later in een apart bericht beschreven worden.

Lees meer »

Vroegmiddeleeuwse spades

Spades! In het terpengebied zijn verschillende vondsten gedaan van spades, namelijk in Oostrum (Fr.) en Joeswerd (Gr.), en mogelijk ook uit Ezinge (Gr.). Kenmerkend voor deze werktuigen is dat zij gemaakt zijn uit één stuk eikenhout en een rechthoekig, licht taps-toelopend blad hebben. Deze laatste eigenschap is kenmerkend voor de spade: in tegenstelling tot een schep – die gebruikt wordt om te scheppen, dient een spade om te spitten. Het rechte, rechthoekige blad was om deze reden uitermate geschikt voor het steken van zoden en turf. Mogelijk werden de spades ook gebruikt voor het graven van sloten, het opwerpen van verdedigingswerken zoals ringwalburgen of landweren (een aarden wal met een met doornenhagen begroeide greppel) en later, het opwerpen van dijken. De originele spades zijn te bewonderen in de online collecties van het Fries Museum en het Groninger Museum.

Lees meer »

Ontginningen in vroegmiddeleeuws Frisia

Ontginningen en overstromingen! Of het de aanleg van dammen en sloten door de Cananefaten betreft, of de Deltawerken uit de jaren zeventig; het leven met en strijden tegen het water zit in onze aard. Een belangrijk onderdeel uit onze geschiedenis zou het landschap drastisch veranderen en uiteindelijk veel wateroverlast veroorzaken; veenontginningen. De bekendste ontginningen zijn wellicht het turfsteken uit de 19e en 20e eeuw of de Grote Ontginningen uit de 13e eeuw. Eén van de eerste veenontginningen vond echter veel eerder plaats, in vroegmiddeleeuws Frisia. Vooral in het zogenaamde Westflinge vonden zeer vroeg afgravingen plaats. In dit bericht hierover meer!

Lees meer »

Landbouwwerktuigen van gewei

In het terpengebied zijn verschillende vondsten gedaan waarvan wordt aangenomen dat zij als landbouwwerktuigen dienst deden. Een van deze vondstcategorieën zijn stukken gewei met twee geweipunten eraan. Vermoedelijk deden deze werktuigen dienst als schoffels of kluitbrekers, of als hooivorken. Volgens Roes bevat de collectie van het Fries Museum meer dan dertig van deze geweistukken. De collecties van het Rijksmuseum bevat er drie, waarvan allen uit Friesland komen, en het Groninger Museum bevat er één. Vondsten van dergelijke werktuigen ontbreken in het strandwalgebied van het voormalige West-Frisia, wat suggereert dat deze geweistukken mogelijk enkel in gebruik waren in het terpengebied.

Lees meer »

Onvrijen in vroegmiddeleeuws Frisia

In de Lex Frisionum, een optekening van vroegmiddeleeuws Fries recht, worden verschillende standen genoemd. Deze wetsteksten tonen een strakke scheidslijn tussen de rechten van de adel, de vrijen en de onvrijen. In de Nederlandse vroegmiddeleeuwse reenactment scène wordt er vrijwel geen aandacht geschonken aan deze verschillende standen, vooral niet aan de positie die de laagste stand van slaven en halfvrijen daarin innam. Dit bericht zal daarom een overzicht geven van de stand van onvrijen in verschillende vroege middeleeuwse samenlevingen, en aan de hand daarvan verder uitweiden over de onvrijen in Frisia.

Lees meer »

Stortebekers

Proost! Met de feestdagen achter de rug kan menig mens vast geen eten of drank meer zien. In de vroege middeleeuwen vond er ook menig feest plaats, en een geliefd glas waarmee destijds een heildronk uit kon worden gebracht was de stortebeker. Vondsten van deze glazen zijn in West-Frisia gevonden in Domburg en Bloemendaal en in Centraal-Frisia in Ferwert, Wons, Makkum en Pingjum. Heden ten dage maken de vondsten respectievelijk deel uit van de collecties van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, het Huis van Hilde en het Fries Museum.

Lees meer »

Friese mutsjes

Een tijd geleden schreven onze kompanen van Sköll reenactment een bericht over verschillende soorten hoofddeksels uit de Vikingtijd. De meeste mutsen waar zij over schreven kwamen uit Frisia. Wij, als groep die vroegmiddeleeuws Frisia uitbeelden, konden daarom niet nalaten om ook over dit onderwerp te schrijven. Vergeet niet ook het originele bericht en pagina van Sköll reenactment te bekijken!

Lees meer »

Schepen

In vroegmiddeleeuws Frisia was reizen over water vaak veel sneller dan reizen over land. Het drassige veen en de dichtbegroeide broekbossen maakten het land vrijwel onbegaanbaar. De Friezen waren om deze reden afhankelijk van schepen om zich door het met kreken en prielen dooraderde landschap te vervoeren. Een werkelijk varend volk!

Lees meer »

Botfluiten

Eén van de dingen dat het terpengebied van Centraal- en Oost-Frisia onderscheidt van West-Frisia zijn de vele vondsten van fluiten. In totaal zijn er minstens vierentwintig botfluiten bekend uit Friesland en een aanvullende negen anderen uit Groningen. Dat zijn een hoop fluiten; mogelijk een teken dat de fluit ooit een zeer begeerd en geliefd instrument was!

Lees meer »

Landschappen van vroegmiddeleeuws Frisia

Het landschap is de achtergrond waartegen de geschiedenis zich afspeelt. Een volk wordt gevormd door een landschap, maar een landschap wordt eveneens gevormd door een volk. Dit is in het bijzonder het geval voor de Friezen. In vroegmiddeleeuws Frisia zijn twee verschillende landschappen te herkennen, namelijk; het terpenlandschap en het strandwallandschap.

Lees meer »

Het veenlijk van Bernuthsfeld

De Bernuthsfeld-tuniek werd in 1907 gevonden in een moeras bij Tannenhausen in Duitsland en behoort tot een van de best bewaarde textielvondsten uit een moeras. De tuniek behoorde aan een man die rond het jaar 700 AD leefde. Naast een tuniek zijn er daarentegen nog veel meer vondsten bekend uit het moeras van Bernuthsfeld.

Lees meer »

Historisch kledingverven

Vrijwel alle kledingstukken die wij in onze uitbeelding gebruiken worden met de hand gemaakt én geverfd! Een van onze vermaarde groepsleden, Tineke Kleijn, weet wonderlijke kleuren te verkrijgen uit een verscheidenheid van natuurlijke kleurstoffen. Bij het verven gebruikt ze planten die voor handen waren in vroegmiddeleeuws Frisia. Sommige van deze wonderlijke gewassen kwamen enkel plaatselijk voor in een bepaald gebied van Frisia – zoals meekrap (Rubia tinctorum: rood) in het terpengebied en verfbrem (Genista tinctoria: geel) in West-Frisia –, terwijl andere plantensoorten in geheel Frisia voorkwamen – zoals wede (Isatis tinctoria: blauw), wouw (Reseda luteola: geel) en verschillende soorten boomschors en nootjes (bruin). Het gebruik van sommige van deze kleuren zijn bekend uit kleuranalyses van bodemvondsten. Zo hebben de Rasquert-, Aalsum- en Oostrum-muts uit het terpengebied een siersteek die rood geverfd is met meekrap en heeft het Dokkum-Berg Sion kapje een diepbruine kleur door een verfbad met boomschors of nootjes. Ook is bekend dat één van de lappen stof van de Bernuthsfeld-tuniek uit Ost-Friesland (Duitsland) een geelgroene kleur heeft gehad door een verfbad van berkenblad. Dit toont maar weer aan hoe kleurrijk de vroege middeleeuwen waren!

Lees meer »